Engels : Nederlands
age = leeftijd
amount = aantal
circle = cirkel
index finger = wijsvinger
number of players = aantal spelers
(to) continue = doorgaan
(to) lose = verliezen
(to) overturn = omdraaien
(to) pass = hier: doorgeven
(to) shuffle = schudden
to [start again] = opnieuw beginnen
(to) touch = aanraken
(to) turn = omdraaien
at any point = op elk moment
face down = met het gezicht naar de grond
for example = bijvoorbeeld
in turn = om beurten
instead = in plaats van
matching = (bij)passend
more than = meer dan
noisy = luidruchtig
Cards = Kaarten
ace = aas
clubs = klaver
diamonds = ruiten
hearts = harten
jack = boer
pile = stapel
spades = schoppen
top card = bovenste kaart