bite	area	smooth
hairy	to crawl	slow
toad	reptile	slimy
to sting	tongue	wing
feeler	creature	to swim
All salamanders move fast.	It has red markings on its back.	Most spiders have long, thin legs.
The crocodile has a rough, brown skin.	The frog’s belly is covered in spots.	The stripes on this caterpillar are yellow.
This insect is about 2 cm long.	This type of snake lives in the desert.

glad	gebied	beet
langzaam	kruipen	harig
slijmerig	reptiel	pad
vleugel	tong	steken
zwemmen	wezen	voelspriet
De meeste spinnen hebben lange dunne poten.	Het heeft een rode tekening op zijn rug.	Alle salamanders bewegen snel.
De strepen op deze rups zijn geel.	De buik van de kikker is bedekt met vlekken.	De krokodil heeft een ruwe bruine huid.
	Deze slangensoort leeft in de woestijn.	Dit insect is ongeveer 2 cm lang.