Engels : Nederlands [my bf] boyfriend = [mijn vriend]je so to pass time = dus om de tijd door te brengen now I have fallen for him = nu ben ik op hem gevallen He does not like it when his girlfriend talkes to another boy, [he seems jealous]. = Hij vindt het niet leuk als zijn vriendin met een andere jongen praat, [hij lijkt jaloers]. (to) break up = het uitmaken When you learn more English words, your [reading comprehension] will increase. = Als je meer Engelse woorden leert, zal je [leesvaardigheid / tekstbegrip] toenemen. [by implying] he was going to bed, he meant he was tired. = [door te suggereren] dat hij naar bed ging, bedoelde hij dat hij moe was. upset = van streek That is [the most goofy reason] to do something, I ever heard! = Dat is [de stomste reden] om iets te doen, die ik ooit gehoord heb! The interviewer waited patiently for [your reply]. = De interviewer wachtte geduldig op [je antwoord]. That guy is not smart, he is [very dumb]. = Die man is niet slim, hij is [erg stom]. In his speech he [neglected to mention] her contribution to the project. = In zijn speech was hij haar bijdrage aan het project [vergeten te noemen]. When I have nothing to do, [I'm bored]. = Als ik niets te doen heb, [verveel ik me]. therfore = daarom They needed to [spend time together], to get to know each other. = Ze moesten eerst [tijd samen doorbrengen] om elkaar te leren kennen. He gave her [blunt advice] about her future, so she did not listen to him. = Hij gaf haar [lomp advies] over haar toekomst, daarom luisterde ze niet naar hem.