Spaans : Nederlands
cumplir 6 años = 6 jaar worden
desempleado = werkloos
me toca la lotería = ik win de loterij
los apuntes = de aantekeningen
la beca = de beurs
tomar apuntes = aantekeningen maken
la advertencia = de waarschuwing
marcharse = weggaan
el centro deportivo = het sportcentrum
el transporte público = het openbaar vervoer
la invitación = de uitnodiging
las botas de agua = de regenlaarzen