Duits : Nederlands
die Angaben = de gegevens
sich auskennen = bekend zijn met
besonders = vooral
bis zu = tot aan
dazu = bovendien
ehrenamtlich = vrijwillig
einheitlich = uniform
gemeinsam = samen
in erster Linie = op de eerste plaats
offenbar = blijkbaar
scheitern = mislukken
übereinstimmen = overeenkomen
veranstalten = organiseren
der Verband = de vereniging
sich verhalten zu = zich verhouden tot
der Zweck = het doel