fides / fidei
|
vester / vestra / vestrum
|
onus / oneris (onz.)
|
quam
|
fero (ferre) / tuli / latus
|
si
|
aliquis / aliquid / alicuius (zelfst.)
|
aliqui / aliqua / aliquod (bijv.)
|
e(x) + abl.
|
pars / partis
|
studium
|
vobis
|
a(b) + abl.
|
spero (sperare)
|
tamen
|
animus
|
suscipio (suscipĕre) / suscepi / susceptus
|
malo (malle) / malui
|
semel
|
aut
|
|
last
|
(van) jullie
|
trouw / vertrouwen
|
als / indien / of
|
dragen / brengen / verdragen
|
(na comp.) dan / (in vraag en uitroep) hoe / (+ superl.) zo mogelijk / acc. vrl. ev. van qui
|
uit / weg van
|
een (of ander) / enig
|
iemand / iets
|
jullie / u (dat. en abl.)
|
ijver / belangstelling / enthousiasme / studie
|
deel / kant
|
toch
|
hopen / verwachten
|
weg van / van(af) / van de kant van / door (toedoen van) (bij het passivum)
|
liever willen
|
op zich nemen / ondernemen
|
geest / (ge)moed / ziel / hart
|
|
of
|
eenmaal
|