Spaans : Nederlands
desde que = sinds / vanaf
totalmente = helemaal
horrible = verschrikkelijk
venirse abajo = instorten
completamente = compleet
estar fuera de lugar = niet op zijn / haar gemak zijn
de casualidad = toevallig
el orden = de volgorde
alfabético = alfabetisch
por orden alfabético = op alfabetische volgorde
partirse de risa = zich doodlachen
tanto = zoveel
la famosa / [el famoso] = de beroemdheid
[la famosa] / el famoso = de beroemdheid
transmitir a = overbrengen op / doorgeven aan
la sensación = de gewaarwording / het gevoel
sacar de quicio a = gek maken / uit zijn verband rukken
dar celos a = jaloers maken
hacerse el interesante = interessant doen
inventarse = verzinnen
estar concentrado en = gefocust zijn op
dejar de = stoppen met
alejarse de = zich verwijderen van
acercarse a = dichter komen bij
besarse = elkaar kussen
la confianza = het vertrouwen
acostumbrarse a = wennen aan
a fin de cuentas = per slot van rekening