EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Duits
Academia Press
Ich hätte eine Frage
A2B1 - 1e editie
Hoofdstuk 16.0 - Verben, Adjektive
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Duits
Nederlands
fehlen
=
schelen
was fehlt Ihnen?
=
wat scheelt er met u?
ablenken
=
afleiden
fördern
=
ondersteunen/ bevorderen
heiraten
=
huwen / trouwen
unterstützen
=
ondersteunen
nachschlagen
=
opzoeken (in WB, bv.)
stärken
=
versterken
übersetzen
=
vertalen
schwitzen
=
zweten
verschreiben
=
voorschrijven (arts)
gesund
=
gezond
in
=
in / naar (richting) / over (tijd)
langfristig
=
op lange termijn / langdurig
zu
=
naar (richting)
unwohl
=
onwel / ongemakkelijk
weh
=
pijn
schmerzhaft
=
pijnlijk
übel
=
misselijk / vies
mir ist übel
=
ik ben misselijk
was ist los?
=
wat is er aan de hand?
krank
=
ziek
der Kopf tut mir weh
=
ik heb hoofdpijn
ich habe Bauchschmerzen
=
ik heb buikpijn