EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Duits
Academia Press
Ich hätte eine Frage
A2B1 - 1e editie
Hoofdstuk 20.0 - Verben
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Duits
Nederlands
abwickeln
=
afwerken / uitvoeren
annulieren / streichen
=
annuleren / schrappen
betonen
=
beklemtonen
Kontakte knüpfen
=
contacten leggen
teilnehmen an
=
deelnemen aan
vorführen
=
demonstreren / showen
streichen
=
schilderen
sich umschauen
=
eens rondkijken
entsprechen
=
overeenkomen met / in overeenstemming zijn met
parken
=
parkeren
versuchen/ probieren
=
proberen
ausgeben
=
uitgeven
bewirten
=
van drank en eten voorzien
pflegen
=
verzorgen
anbahnen
=
in gang steken / voorbereiden
zurücktreten
=
zich terugtrekken
sich verschaffen
=
zich verschaffen
sich Eintritt verschaffen
=
zich toegang verschaffen
Geschäfte abwickeln
=
zaken afronden
die Qualität betonen
=
de kwaliteit benadrukken
am Kongress teilnehmen
=
aan het congres deelnemen
ein Produkt vorführen
=
een product demonstreren
das Zimmer streichen
=
de kamer verven
einen Urlaub streichen/ annulieren
=
een vakantie annuleren
ich schaue mich mal um
=
ik kijk eens rond
den Erwartungen entsprechen
=
aan de verwachtingen voldoen
das Auto parken
=
de auto parkeren
etwas Neues versuchen
=
iets nieuws uitproberen
die Kleidung pflegen
=
de kledij verzorgen
vom Vertrag zurücktreten
=
het contract opzeggen