Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Duits Nederlands
  • der Film / -e = de film
  • der Filmstar / -s = de filmster
  • der Jugendliche / -n = de jongere
  • die Clique = de vriendengroep
  • auf der Bühne = op het podium
  • dort = daar, ginds
  • ganz = heel, erg, zeer
  • gespannt = erg benieuwd
  • knapp = krap
  • das Lokal = het café, het restaurant
  • obwohl = hoewel, ofschoon
  • die Toilette / -n = het toilet
  • plötzlich = plotseling, opeens
  • schaffen = redden, voor elkaar krijgen
  • sogar = zelfs
  • erst = pas
  • hoffentlich = hopelijk
  • nächste = volgende
  • später = later
  • sonst = anders
  • überzeugen = overtuigen
  • vergessen = vergeten
  • Mit wem? = Met wie?
  • Was ist los? = Wat is er aan de hand?
  • du hast Recht = jij hebt gelijk
  • das Taschengeld = het zakgeld
  • chatten – gechattet = chatten – gechat
  • die DVD = de dvd
  • die CD = de cd
  • der CD-Player = de cd-speler
  • sich entschuldigen = zich verontschuldigen
  • frech = brutaal