Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Duits Nederlands
  • Bescheid geben = laten weten
  • der Betreuer = de begeleider
  • das Bewerbungsgespräch = het sollicitatiegesprek
  • buchstabieren = spellen
  • die Deutschkenntnisse = de kennis van het Duits
  • geeignet sein für = geschikt zijn voor
  • die Muttersprache = de moedertaal
  • der Schulabschluss = het schooldiploma