Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Duits Nederlands
  • ausharren = volhouden
  • das Aussehen = het uiterlijk
  • beobachten = waarnemen
  • die Botschaft = de ambassade
  • einladen = uitnodigen
  • erkunden = verkennen
  • geizig = gierig
  • die Geschichte = het verhaal
  • der Knast = de gevangenis
  • das Merkmal = het kenmerk
  • die Quelle = de bron
  • verschwenden = verspillen
  • wagen = durven
  • der Wald = het bos
  • die Wüste = de woestijn