EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Duits
ThiemeMeulenhoff
Salzgitter Heute
3 bands 3 vmbo-kgt
06 Kapital 16
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Duits
Nederlands
vor fünf Minuten
=
vijf minuten geleden
vorher
=
van tevoren
die Nachbarin
=
de buurvrouw
mies gelaunt
=
slecht gehumeurd
verreisen
=
op reis gaan
der Drehtisch
=
de draaitafel voor dj's
irre
=
te gek
träumen
=
dromen
begeistert
=
verrukt / enthousiast / verrukt, enthousiast
die Gefahr
=
het gevaar
die Gefahren
=
de gevaren
das Medium
=
het medium
bergen
=
bevatten / in zich dragen / bevatten, in zich dragen
der Jugendliche
=
de jongere
die Jugendlichen
=
de jongeren
die Information / die Informationen
=
de informatie
vorschlagen
=
voorstellen
niemals
=
nooit
die Erlaubnis
=
de toestemming
ungut
=
onbehaaglijk / naar
leichtfertig
=
lichtvaardig / lichtzinnig / lichtvaardig, lichtzinnig
der Nachname
=
de achternaam
auf der Hut sein
=
op je hoede zijn
missbrauchen
=
misbruiken
unmissverständlich
=
niet mis te verstaan
anbaggern
=
versieren
sich aus dem Staube machen
=
zich uit de voeten maken
belästigen
=
lastig vallen
simsen
=
sms'en
der Inhalt
=
de inhoud
löschen
=
wissen
die Verhaltensweise
=
de gedraging
die Verhaltensweisen
=
de gedragingen
die Freizeit
=
de vrije tijd
das Gesellschaftsspiel
=
het gezelschapsspel
die Gesellschaftsspiele
=
de gezelschapsspellen
das Brettspiel
=
het bordspel
die Brettspiele
=
de bordspelen
Das ist mir egal.
=
Dat is me om het even.
am allerschlimmsten
=
het allerergste
die Rockmusik
=
de rockmuziek
die Realityshow
=
de realityshow
die Realityshows
=
de realityshows
der Schwachsinn
=
de onzin
die Band
=
de band
sich ausdenken
=
bedenken
verbringen
=
doorbrengen
die Tagesschau
=
het journaal
klimmen
=
klettern
der Kurs
=
de cursus
die Kurse
=
de cursussen
öde
=
saai
weitergehen
=
verdergaan
Spinnst du?
=
Ben je niet goed wijs?
verpassen
=
missen
die Sängerin
=
de zangeres
leidenschaftlich gerne
=
dolgraag
kess
=
vlot
falsch
=
verkeerd
die Aula
=
de aula
der Erlebnispark
=
het pretpark
der Gruppenrabatt
=
de groepskorting
der Eintritt
=
de entree
die Attraktion
=
de attractie
die Attraktionen
=
de attracties
die Mystery-Show
=
de goochelshow
zusätzlich
=
extra
anfangen
=
beginnen
das Suchwort
=
het zoekwoord
das Festival
=
het festival
tauchen
=
duiken
der Freundeskreis
=
de vriendenkring
geeignet
=
geschikt
beherrschen
=
beheersen
das Blinklicht
=
het knipperlicht
genügend
=
genoeg
ungeübt
=
ongeoefend / onervaren / ongeoefend, onervaren
grau
=
grijs / slecht zichtbaar / grijs, slecht zichtbaar
die Spur
=
de baan
die Gasse
=
de doorgang
der Bürgersteig
=
de stoep
gaffen
=
gapen