Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Duits Nederlands
  • die Angabe = de opgave van gegevens
  • die Anmeldung = de aanmelding
  • auf NiederlŠndisch sagen = in het Nederlands zeggen
  • die Aufbewahrungsfrist = de bewaartermijn
  • die Bedeutung = de betekenis
  • begrü§en = begroeten
  • berichtigen = verbeteren
  • die Datei = het bestand
  • erlassen = kwijtschelden
  • falsche Angaben = foutieve gegevens
  • das Freizeitprogramm = het vrijetijdsprogramma
  • die Gäste, die (der Gast) = de gasten (de gast)
  • gelšscht (lšschen) = verwijderd (verwijderen)
  • gespeichert (speichern) = opgeslagen (opslaan)
  • die Hilfe = de hulp
  • der Hinweis = de aanwijzing
  • ins Niederländische übersetzen = in het Nederlands vertalen
  • raten = raden
  • schicken = sturen
  • sich freuen = zich verheugen
  • das Sondermenü = het speciale menu
  • die Staatsangehörigkeit = de nationaliteit
  • die Vereinbarung = de afspraak
  • das Verfahren = het geding
  • die Verletzung = het niet nakomen
  • versuchen = proberen
  • die Verwaltungsgebühr = de administratiekosten
  • der Vorwurf = het verwijt
  • das Wochenprogramm = het weekprogramma
  • der Wohnort = de woonplaats
  • zusätzlich = bijkomend