EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Duits
De Uitgeversgroep
Duits op A2-niveau (ook H, T en R)
A2 - 1e editie
Hoofdstuk 1.0 - die Rezeption
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Duits
Nederlands
angenehm
=
aangenaam
die Anreise
=
de aankomst / heenreis
die Rufnummer
=
het abonneenummer
das Hallenbad
=
het binnenbad
das Freibad
=
het buitenbad
der Tag
=
de dag
die Sehenswürdigkeiten
=
de bezienswaardigheden
durchstellen
=
doorverbinden
die Dusche
=
de douche
das Einzelzimmer
=
de eenpersoonskamer
gern geschehen
=
graag gedaan
kostenfrei
=
gratis
die Halbpension
=
het halfpension
ausstatten
=
inrichten
stimmen
=
kloppen, juist zijn
der Ausweis
=
de legitimatie
der Flughafen
=
de luchthaven
der Monat
=
de maand
(der) Januar
=
januari
(der) Februar
=
februari
(der) März
=
maart
(der) April
=
april
(der) Mai
=
mei
(der) Juni
=
juni
(der) Juli
=
juli
(der) August
=
augustus
(der) September
=
september
(der) Oktober
=
oktober
(der) November
=
november
(der) Dezember
=
december
die Woche
=
de week
(der) Montag
=
maandag
(der) Dienstag
=
dinsdag
(der) Mittwoch
=
woensdag
(der) Donnerstag
=
donderdag
(der) Freitag
=
vrijdag
(der) Samstag
=
zaterdag
(der) Sonntag
=
zondag
das Wochenende
=
het weekend