- Duits Nederlands
- die Ankunft = de aankomst
- die Klimaanlage = de airco
- erreichen = bereiken
- verfügen über = beschikken over
- die Bushaltestelle = de bushalte
- der Hauptbahnhof = het centraal station
- die Seitenstraße = de dwarsstraat
- die Einbahnstraße = de eenrichtingsstraat
- die Annehmlichkeiten = de faciliteiten
- der Stau = de file
- das Rathaus = het gemeentehuis
- geeignet sein = geschikt zijn
- kostenfrei, gratis = gratis
- die Anfahrt = de heenreis
- die Herbstferien = de herfstvakantie
- am Nachmittag = in de middag
- am Vormittag = in de morgen
- die Beschwerde = de klacht
- das helle Zimmer = de lichte kamer
- die U-Bahn = de metro
- das Frühstücksbüffet = het ontbijtbuffet
- die Geheimzahl = de pincode
- das Ortsschild = het plaatsnaambord
- der Stadtplan = de plattegrond van de stad
- der Platz = het plein
- das Postamt = het postkantoor
- zu Fuß = te voet
- der Zug = de trein
- reichhaltig = uitgebreid
- der Aufenthalt = het verblijf
- die Tagung = de vergadering
- der Tagungsraum = de vergaderruimte
- die Ampel = het verkeerslicht
- die Überführung = het viaduct
- die nächste Straße = de volgende straat
- das Geschäft = de winkel
- die Geschäfte = de winkels