EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Duits
Scholar VOF
Beruf im Tourismus
B1 - Deel B1
Hoofdstuk 2 - Sich bewerben, Aufgabe 2.11
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Duits
Nederlands
persönliche Daten
=
persoonlijke gegevens
(der) Nachname
=
(de) achternaam
(der) Vorname
=
(de) voornaam
(die) Vornamen
=
(de) voornamen
(die) Adresse
=
(het) adres
(der) Wohnort
=
(de) woonplaats
(die) Postleitzahl
=
(de) postcode
(das) Land
=
(het) land
(das) Geburtsdatum
=
(de) geboortedatum
(der) Geburtsort
=
(de) geboorteplaats
(die) Staatsangehörigkeit
=
(de) nationaliteit
(das) Telefon / Tel.
=
(de) telefoon / tel.
(die) E-Mailadresse
=
(het) e-mailadres
(der) Familienstand
=
(de) burgelijke staat
verheiratet
=
getrouwd
ledig
=
niet getrouwd
(die) Ausbildung
=
(de) opleiding
die Berufausbildung
=
de beroepsopleiding
Vertiefungsrichtungen
=
specialisaties
(das) Praktikum
=
(de) stage
(die) Praktika
=
(de) stages
die touristische Fachoberschule
=
de toeristische MBO-opleiding
(die) Rezeption / (der) Empfang
=
(de) receptie
(das) Reisebüro
=
(het) reisbureau
(die) Animation
=
(de) animatie
(die) Touristeninformation
=
(de) informatie (VVV)
(die) Reisebegleitung
=
(de) reisbegeleiding
(das) Schnupperpraktikum
=
(de) snuffelstage
(die) Sprachkenntnisse
=
(de) talenkennis
(die) Muttersprache
=
(de) moedertaal
(die) Fremdsprachen
=
(de) moderne vreemde talen
das europäische Sprachniveau
=
het Europees taalniveau
besondere Fähigkeiten
=
verdere vaardigheden
(die) EDV-Kenntnisse
=
(de) computervaardigheden
(die) Reservierungsprogramme
=
(de) reserveringsprogramma's
(die) Auslandsreisen
=
(de) reizen naar het buitenland
reisen nach
=
reizen naar
Sonstiges
=
overig
(der) Führerschein
=
(het) rijbewijs
(die) Hobbys
=
(de) hobby's
(der) Nebenjob
=
(het) bijbaantje
(die) Unterschrift
=
(de) handtekening
(der) Rufname
=
(de) roepnaam
Niederländisch
=
Nederlands (taal)
Englisch
=
Engels (taal)
Deutsch
=
Duits (taal)
Französisch
=
Frans (taal)
Spanisch
=
Spaans (taal)