EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Duits
Stercollectie
Lijsten
Aussehen und Gesundheit - Aussagen C
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Duits
Nederlands
Die Wunde ist entzündet.
=
De wond is ontstoken.
Er hat sich das Bein gebrochen.
=
Hij heeft zijn been gebroken.
Habt ihr euch verletzt?
=
Zijn jullie gewond?
Ich muss morgen zum Arzt.
=
Ik moet morgen naar de dokter.
Das muss sofort operiert werden.
=
Dat moet meteen geopereerd worden.
In welcher Krankenkasse sind Sie?
=
Bij welk ziekenfonds bent u?
Hast du eine Unfallversicherung?
=
Heb je een ongevallenverzekering?
Der Arzt hat mir Tabletten verschrieben.
=
De arts heeft mij pilletjes voorgeschreven.
Mein Knie blutet wie verrückt.
=
Mijn knie bloedt heel erg.
Sie müssen ins Krankenhaus.
=
U moet naar het ziekenhuis.
Au, das tut weh!
=
Au, dat doet pijn!
Du siehst ja ganz blass aus.
=
Je ziet er heel bleekjes uit.