elkaar begrijpen

Elkaar leren begrijpen in het Duits


Wil je elkaar kunnen begrijpen in het Duits?
Leer dan deze lijst met Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Duits Nederlands
  • Können Sie das wiederholen? = Kunt u dat herhalen?
  • Was sagen Sie? = Wat zegt u?
  • Wie viel = hoeveel
  • wie spät ist es? = Hoe laat is het?
  • Ich verstehe nicht = Ik begrijp het niet
  • Langsamer = langzamer
  • buchstabieren = spellen
  • Ich spreche nicht … = ik spreek geen ...
  • Deutsch = duits
  • wo ist …? = waar is ...?
  • Wie sagt man …? = hoe zeg je ...?
  • Wie spricht man das aus? = Hoe spreek je dat uit?
  • Englisch = engels
  • sprichst du = spreek je
  • Ich heisse... = ik heet ...
  • Wie heißen Sie? = Hoe heet je?
  • Es tut uns leid = sorry
  • Danke = bedankt
  • Bitte = alstublieft
  • Nein = nee
  • Ja = ja
  • Hallo = hallo