Anglia

Anglia

Woordjes leren voor het Anglia-examen doe je met Wozzol! Voor de Anglia niveaus First Step, Junior, Primary en Preliminary zijn er woordenlijsten. Ga voor meer informatie over Anglia naar: www.anglianetwork.eu.

 

 

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • (to) choose = kiezen
  • This is the bag. = Dit is de tas.
  • This is the book. = Dit is het boek.
  • This is an elephant. = Dit is een olifant.
  • This is a book. = Dit is een boek.
  • (to) write = schrijven
  • (to) wear = dragen
  • (to) watch = kijken naar
  • (to) stand = staan
  • (to) sit = zitten
  • (to) read = lezen
  • (to) play = spelen
  • (to) listen = luisteren
  • he is = hij is
  • (to) have = hebben
  • he has = hij heeft
  • (to) go = gaan
  • (to) eat = eten
  • (to) drink = drinken
  • (to) cook = koken
  • we are = wij zijn
  • I am = ik ben