Anglia

Anglia

Woordjes leren voor het Anglia-examen doe je met Wozzol! Voor de Anglia niveaus First Step, Junior, Primary en Preliminary zijn er woordenlijsten. Ga voor meer informatie over Anglia naar: www.anglianetwork.eu.

 

 

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • very = erg
  • really = behoorlijk
  • quite = nogal
  • tired = moe
  • thirsty = dorstig
  • sick = misselijk
  • scared / frightened = bang
  • lonely = eenzaam
  • ill = ziek
  • hungry = hongerig
  • excited = opgewonden
  • bored = verveeld
  • angry = boos
  • teddy = teddybeer
  • soldiers = soldaatjes
  • robot = robot
  • puzzle = puzzel
  • paintbrush = verfkwast
  • paint = verf
  • kite = vlieger
  • gun = pistool
  • game = spel
  • drum = trommel
  • doll / puppet = pop
  • castle = kasteel
  • balloon = ballon
  • ball = bal