Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • adults / grown-ups = volwassenen
  • countryside = platteland
  • dead = dood
  • gun = geweer / pistool
  • policeman / police officer = politieagent / agent / politieman
  • real = echt / echte
  • rob = beroven
  • space = ruimte
  • This way. = Deze kant op.
  • climb = klimmen
  • could = zouden kunnen
  • enough = genoeg / voldoende
  • hunt = jagen
  • learn = leren
  • rock = rots
  • towards = naar
  • tribe = stam
  • wonderful = prachtig / prachtige
  • adventure = avontuur
  • court = baan
  • fight = gevecht
  • from = vanaf
  • indoor = binnen / overdekt
  • island = eiland
  • outdoor = buiten
  • search = zoeken
  • shoot = schieten
  • baseball = honkbal
  • building = gebouw
  • exciting = spannend / opwindend
  • finished = klaar
  • if = als
  • question = vraag