Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • advertisement = reclame
  • again = ook alweer
  • annual = jaarlijks
  • carefully = nauwkeurig
  • change gear = schakelen
  • copy = exemplaar
  • direct = regisseren
  • event = evenement
  • exhibition = tentoonstelling
  • familiar = bekend / vertrouwd
  • fit in = inpassen
  • fix = repareren
  • get lost = verdwalen
  • hilarious = hilarisch / heel grappig
  • hire = verhuur
  • holiday = feestdag
  • key in = intoetsen
  • lift / lift up = optillen
  • lock = slot
  • Never mind. = Geeft niet.
  • One more thing = Nog een ding
  • play = toneelstuk
  • pleased = blij
  • publish = uitgeven
  • purchase = kopen
  • recommend = aanbevelen
  • refer to = verwijzen naar
  • ride = rit
  • shoot = filmen
  • the press = de pers
  • the two of us = ons / wij tweeën
  • threaten = dreigen / bedreigen
  • tourist office = VVV
  • turn up the volume = harder zetten
  • twin room = tweepersoonskamer
  • whether = of het nou … of…