EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Engels
Malmberg
Of course!
Of course2-6vwo
Ofcourse2-6v-H8-NE
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Engels
Nederlands
charge
=
aanklacht
demonstrable
=
aantoonbaar
intended
=
bedoeld
treatment
=
behandeling
embarrassing
=
gênant
sense
=
besef / gevoel
uniform
=
gelijk / gelijke
ethical
=
ethisch / moreel juist
rush
=
haast
by no means
=
helemaal niet
standards
=
norm
to face
=
onder ogen zien
research centre
=
onderzoekscentrum
discomfort
=
ongemak
surgery
=
operatie
liberal
=
progressief / ruimdenkend
to be entitled to
=
het recht hebben om
fair
=
rechtvaardig / eerlijk
gender
=
sekse
lust
=
sterk verlangen / verlangen
obstetrician
=
gynaecoloog
nursing
=
verpleegkunde
representation
=
vertegenwoordiging
premature
=
voortijdig
cautious
=
voorzichtig / behoedzaam
midwife
=
verloskundige / vroedvrouw
procedure
=
werkwijze
crucial to
=
zeer belangrijk voor
remote
=
afgelegen
goggles
=
beschermende bril / bril
appropriate
=
geschikt / toepasselijk
obviously
=
kennelijk / blijkbaar
compassionate
=
meelevend
to handle
=
omgaan met
to negotiate
=
onderhandelen
to design
=
ontwerpen
to take off
=
opstijgen
to respond to
=
reageren op
casualties
=
slachtoffers
trainee
=
stagiair / stagiaire
numerous
=
talrijk
capacity
=
vermogen
variety
=
verscheidenheid
literally
=
letterlijk
substantial
=
aanzienlijk
to affect
=
beïnvloeden
to envy
=
benijden
to spray
=
sproeien
concern
=
bezorgdheid
greenhouse effect
=
broeikaseffect
to verify
=
controleren of iets juist is
decade
=
decennium
target
=
doel (waarnaar gestreefd wordt) / doel
to pressurize / to pressurise / to pressure
=
druk uitoefenen
genetic engineering
=
genetische manipulatie
to enable
=
in staat stellen
livelihood
=
levensonderhoud
environmental
=
milieu
ammunition
=
munitie
to resign yourself to / to resign himself to / to resign herself to
=
zich neerleggen bij
corporation
=
onderneming / bedrijf
irreversible
=
onomkeerbaar
harmless
=
onschadelijk
caterpillar
=
rups
shed
=
schuur
to dump
=
storten
pesticide
=
verdelgingsmiddel
toxin
=
vergif (vooral aangemaakt door bacteriën) / vergif
to condemn
=
veroordelen
pollutant
=
verontreinigende stof
to process
=
verwerken
assurance
=
verzekering
nutritious
=
voedzaam
to reproduce
=
zich voortplanten
to address
=
aanpakken
suspicion
=
achterdocht
to achieve
=
bereiken
to attend
=
bijwonen
to expose
=
blootstellen aan
exceptional
=
buitengewoon
suburb
=
buitenwijk
proportion
=
deel
to participate
=
deelnemen
virtue
=
deugd
on average
=
gemiddeld
to capture
=
gevangen nemen
famine
=
hongersnood
current
=
huidig
temper
=
snel boos worden / humeurig zijn
grievance
=
klacht
approach
=
methode
means
=
middel / middelen
abuse
=
misbruik
ungrateful
=
ondankbaar
disbelief
=
ongeloof
unjust
=
onrechtvaardig
in the long run
=
op de lange duur
successive
=
opeenvolgend
to abandon
=
opgeven / loslaten
to sort out
=
oplossen
to boast
=
opscheppen / pochen
deliberate
=
opzettelijk
agreement
=
overeenkomst
prey
=
prooi
consistent
=
samenhangend / logisch
dismissal
=
het terzijde schuiven
era
=
tijdperk
emission
=
uitstoot
astonishing
=
verbazingwekkend
narrative
=
verhaal
ancestors
=
voorouders
to supply with
=
voorzien van
to despair
=
wanhopen
refusal
=
weigering
self-conscious
=
zelfbewust (over je tekortkomingen) / zelfbewust
to join
=
zich aansluiten bij
reliable
=
betrouwbaar
permanent
=
blijvend
fur
=
bont (van dier) / bont
breakthrough
=
doorbraak
bottom line
=
eindresultaat (waar het op neerkomt) / eindresultaat
for ages
=
al eeuwen
to endanger
=
in gevaar brengen
to put an end to
=
een halt toeroepen aan
after all
=
immers
in the meantime
=
intussen / in de tussentijd
to raise
=
inzamelen (geld) / inzamelen
suffering
=
leed
to torture
=
martelen
to deal with
=
omspringen met
invaluable
=
onschatbaar
distasteful
=
onsmakelijk
careless
=
onvoorzichtig
pile
=
stapel
to withdraw
=
terugtrekken
justifiable
=
verdedigbaar
misinformed
=
verkeerd geïnformeerd
to mutilate
=
verminken
advocate
=
voorstander
advance
=
voortgang / ontwikkeling
as for
=
wat betreft
tissue
=
weefsel
legislation
=
wetgeving
to bring about
=
bewerkstelligen / zorgen voor
to embrace
=
graag aanvaarden
contaminated
=
besmet
resistant to
=
bestand tegen
to contain
=
bevatten
anxious
=
bezorgd
ally
=
bondgenoot
crops
=
gewassen (landbouw) / gewassen
tenant
=
huurder
legitimate
=
legitiem / rechtmatig
investigation
=
onderzoek
to review
=
opnieuw bekijken
to persuade
=
overhalen / overtuigen
trial
=
proef
leap
=
sprong (fig.) / sprong
reverse
=
tegendeel
to be strongly against something
=
erg tegen iets zijn
intervention
=
tussenkomst
to put it mildly
=
het zacht uitdrukken
to alter
=
veranderen