Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • project = project
  • not ... anybody = niemand
  • next = volgende
  • quiet = stil, rustig / stil / rustig
  • to cost = kosten
  • to step up = naar voren komen
  • to hand in = inleveren
  • to leave = verlaten
  • to put = neerleggen / leggen
  • desk = bureau
  • to pick up = oprapen, oppakken / oprapen / oppakken
  • like = zoals / als
  • right = goed, juist / goed / juist
  • not at all = helemaal niet
  • same = zelfde
  • to explain = uitleggen
  • to believe = geloven
  • well = goed
  • time = keer
  • mix-up = vergissing