Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • adventurous = avontuurlijk
  • airline = luchtvaartmaatschappij
  • arrange (to) = regelen
  • arrival = aankomst
  • bay = baai
  • be dying to (to) = heel graag willen
  • confirm (to) = bevestigen
  • delay = vertraging
  • fly (to) - flew = vliegen - vloog (vlogen)
  • guess (to) = denken
  • guest bedroom = logeerkamer
  • hopefully = hopelijk
  • information desk = infobalie
  • make up one's mind (to) = beslissen
  • panic (to) = in paniek raken
  • passport = paspoort
  • prison = gevangenis
  • scary = eng
  • suburb = voorstad, buitenwijk
  • trip = reis