Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • related = familie van, verwant / familie van / verwant
  • studies / course = studie
  • education = opleiding
  • to be married = getrouwd zijn
  • to be concerned = bezorgd zijn
  • lonely = eenzaam
  • to have in common = gemeen hebben
  • company = gezelschap
  • to introduce to = in contact brengen met
  • to agree = akkoord gaan met, goedvinden / akkoord gaan met / goedvinden
  • attractive = aantrekkelijk
  • to bother = lastig vallen
  • unreasonable = onredelijk
  • unwilling = onwillig
  • wish = wens
  • to admit = toegeven
  • shocked = geschokt, geschrokken / geschokt / geschrokken
  • to imagine = zich voorstellen
  • to bring up = grootbrengen, opvoeden / grootbrengen / opvoeden
  • wide = breed, groot / breed / groot
  • circle = kring
  • to tear = verscheuren
  • tore = verscheurde / verscheurden
  • torn = verscheurd
  • freedom = vrijheid
  • confused = verward
  • friendship = vriendschap
  • to feel homesick = heimwee hebben
  • to study = studeren
  • to upset = van streek maken
  • to disappoint = teleurstellen
  • custom = gewoonte
  • to force yourself on someone = je aan iemand opdringen