Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Frans Nederlands
  • pâle = bleek
  • se coucher = naar bed gaan
  • déçu(e) / déçu / déçue = teleurgesteld
  • remettre = uitstellen
  • soigner = verzorgen, zorgen voor / verzorgen / zorgen voor
  • réagir à = reageren op
  • une annonce = een advertentie
  • disponible = beschikbaar
  • à côté de = naast
  • la pièce d’identité = het identiteitsbewijs
  • le diplôme = het diploma