Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Frans Nederlands
  • la maladie = de ziekte
  • la quantité = de hoeveelheid
  • avant = voor
  • drôle = grappig, raar / grappig / raar
  • la cause = de oorzaak
  • la vente = de verkoop
  • favoriser = bevorderen
  • interdit = verboden
  • certain = sommige, zekere / sommige / zekere
  • de plus en plus = steeds meer
  • un lieu public = een openbare ruimte
  • ainsi = zo, op deze manier / zo / op deze manier
  • selon = volgens
  • tôt = vroeg
  • scolaire = school
  • le comportement = het gedrag
  • utiliser = gebruiken
  • déjà = al, reeds / al / reeds
  • vérifier = controleren
  • grave = ernstig