EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Frans
ThiemeMeulenhoff
Carte Orange 2e editie
34 vmbo
3/4 vmbo – Examenmodule Lire – leçon 4
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Frans
Nederlands
déranger
=
storen
imprévisible
=
onvoorspelbaar
se débrouiller
=
zich redden
la résidence
=
het verblijf
une institutrice
=
een onderwijzeres
un choix
=
een keuze
grâce à
=
dankzij
actuellement
=
tegenwoordig, nu / tegenwoordig / nu
intérieur
=
binnen(kant) / binnenkant / binnen
le métier
=
het vak
il faut
=
je moet, we moeten, men moet / je moet / we moeten / men moet
les oreilles
=
de oren
la peau
=
de huid
célèbre
=
beroemd
n'importe quel (quand)
=
maakt niet uit welke (wanneer)
n'importe quel
=
maakt niet uit welke
n'importe quand
=
maakt niet uit wanneer
ni
=
ook niet
uniquement
=
alleen, uitsluitend / alleen / uitsluitend
cela plaît
=
dat bevalt
(se) cacher
=
(zich) verstoppen
se cacher
=
zich verstoppen
cacher
=
verstoppen
doucement
=
zachtjes