Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Frans Nederlands
  • le comportement = het gedrag
  • consommer = verbruiken
  • les transports en commun (m) = het openbaar vervoer
  • la chose = het ding
  • la cause = de oorzaak
  • coucher = liggen, slapen
  • interdit = verboden
  • se lever = opstaan
  • l’os (m) = het bot
  • le but = het doel
  • le corps = het lichaam
  • l’espace (m) = de ruimte