Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Frans Nederlands
  • en fonction de = aan de hand van
  • littéralement = letterlijk
  • revendiquer = opeisen / eisen
  • viser à = streven naar / richten op / richten op, streven naar
  • planter = opzetten / planten / opzetten, planten
  • la compréhension = het begrip
  • répandre = verspreiden
  • le mode d'emploi = de gebruiksaanwijzing
  • rédiger = opstellen
  • se multiplier = zich vermenigvuldigen / zich vermeerderen / zich vermenigvuldigen, zich vermeerderen
  • mentionner = vermelden
  • la commodité = het gemak
  • le fondateur = de oprichter
  • fondé = gegrond
  • défini = vastgesteld
  • louable = prijzenswaardig
  • au delà de = verder dan
  • l'arrivée = de komst / de aankomst
  • envisager = overwegen
  • d'avance = bij voorbaat
  • l'hébergement = de huisvesting
  • au cours de = in de loop van
  • en effet = inderdaad
  • accueillir = ontvangen
  • la dizaine = het tiental
  • le Polonais = de Pool