Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Frans Nederlands
  • le gain = de winst
  • s'affronter = tegen elkaar uitkomen
  • en argent liquide = in contant geld
  • relier / connecter = verbinden
  • le dieu = de god
  • un offre = een aanbod
  • poursuivre = vervolgen
  • le fusil = het geweer
  • le gouvernement = de regering
  • retenir = vasthouden, onthouden / vasthouden / onthouden
  • favoriser = bevoordelen
  • le débutant = de beginner
  • franchir le pas = de stap wagen
  • une utilité = een nut
  • viser = mikken, beogen / mikken / beogen
  • les revenus = de inkomsten
  • modeste = bescheiden
  • le foyer = het huisgezin / het gezin
  • certains = sommige
  • le roi = de koning
  • la reine = de koningin
  • remporter = behalen
  • le réseau = het netwerk
  • assister à = bijwonen
  • lors de = tijdens
  • utiliser = gebruiken