Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Frans Nederlands
  • la dispute = de ruzie
  • en avoir assez = er genoeg van hebben
  • s'inquiéter = zich ongerust maken
  • avoir l'air = eruitzien
  • selon = volgens
  • s'en aller = er vandoor gaan, weggaan / er vandoor gaan / weggaan
  • une impression = een indruk
  • annoncer = aankondigen
  • la raison = de reden
  • accompagner = vergezellen, meegaan / vergezellen / meegaan
  • il s'agit de = het gaat over
  • se comporter = zich gedragen
  • quant à moi = wat mij betreft
  • sévère = streng
  • accuser = beschuldigen
  • tant mieux = des te beter
  • se faire des soucis = zich zorgen maken
  • soulager = opluchten
  • poursuivre = vervolgen
  • se détendre = zich ontspannen