Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Frans Nederlands
  • la branche = de tak
  • songer = denken, dromen / denken / dromen
  • la timidité = de verlegenheid
  • soupirer = zuchten
  • distrait = onoplettend
  • un arbre = een boom
  • sembler = lijken
  • aveugle = blind
  • le rossignol = de nachtegaal
  • morose = somber
  • la mûre = de braam
  • creux = hol, leeg / hol / leeg
  • sourd = doof
  • ingénu = naïef
  • indiquer = aangeven / aanwijzen
  • un oeil = een oog
  • la rosée = de dauw
  • distant = afstandelijk
  • le bois = het bos
  • la caresse = de streling
  • le baiser = de kus
  • le taillis = het hakbos
  • évident = vanzelfsprekend
  • la hanche = de heup
  • brusquer = iets overhaasten / iemand grof behandelen
  • se planter = blunderen