Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • disease/illness = ziekte
  • mental = geestelijk
  • physical = lichamelijk
  • to suffer = lijden
  • insane = krankzinnig
  • paralysed = verlamd
  • chemist = apotheek/drogist
  • toothache = kiespijn
  • an aspirin = een aspirientje
  • a headache = hoofdpijn
  • dentist = tandarts
  • hole = gaatje
  • to fill = vullen
  • habit = gewoonte
  • temptation = verleiding
  • serious = ernstig
  • to recover = herstellen
  • recovery = herstel
  • to treat = behandelen
  • treatment = behandeling
  • a sore throat = een zere keel/keelpijn
  • afraid of = bang voor
  • to vomit/to throw up = overgeven
  • through = door