Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • journey = reis (over land)
  • voyage = reis (over zee)
  • Channel Tunnel = kanaaltunnel
  • canal = kanaal/gracht
  • on holiday = op vakantie
  • to intend = van plan zijn
  • intention = bedoeling/plan
  • to fill in = invullen
  • form = formulier
  • valid = geldig
  • cycling trip = fietstocht
  • impressive = indrukwekkend
  • otherwise/else = anders
  • guide = gids
  • guidebook = reisgids
  • leaflet = folder
  • free = gratis
  • visa = visum
  • to apply for = aanvragen
  • local = plaatselijk
  • border = grens
  • to rely on = vertrouwen op
  • reliable = betrouwbaar
  • camping site/campsite = kampeerterrein
  • to camp = kamperen
  • to afford = zich veroorloven
  • anyhow/anyway = hoe dan ook