Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • to provide = verschaffen/leveren
  • access = toegang
  • site = plek/plaats
  • to attach = vasthechten
  • file = bestand/dossier
  • desk = bureau/schrijftafel
  • lap = schoot
  • link = koppeling/schakel
  • to search = doorzoeken
  • engine = motor/machine
  • to browse = bladeren/rondneuzen
  • to explore = verkennen
  • to load = laden
  • snail = slak
  • wire = draad
  • commerce = handel
  • frequently = vaak
  • to host = gastheer zijn
  • nickname = bijnaam
  • spy = spion
  • capital = hoofdletter
  • to lock = op slot doen
  • to delete = wissen verwijderen
  • to shift = verschuiven/verplaatsen
  • data = gegevens
  • to drag = slepen
  • to drop = laten vallen
  • to erase = wissen/verwijderen
  • versatile = veelzijdig
  • disk = schijf
  • junk = oude troep
  • wizard = tovenaar
  • virtual = bijna echt
  • reality = werkelijkheid
  • thumb = duim
  • nail = nagel
  • message = boodschap
  • inch = 2,54 cm