Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • to overlook = over het hoofd zien
  • ambiguous = dubbelzinnig
  • vocation = roeping
  • to intend = van plan zijn
  • intention = bedoeling; plan
  • career = loopbaan; carrière
  • careers teacher = decaan
  • lecture = college
  • to attend = bijwonen
  • attendance = aanwezigheid
  • to quote = citeren
  • quotation = citaat
  • summary = samenvatting
  • main; chief = voornaamste; hoofd
  • science = wetenschap
  • scientist = wetenschapper
  • scientific = wetenschappelijk
  • to develop = ontwikkelen
  • development = ontwikkeling
  • option = keuze; optie
  • optional subject = keuzevak
  • truant = spijbelaar
  • to play truant = spijbelen
  • truancy = spijbelgedrag
  • rule = regel
  • against = tegen
  • anything but = allesbehalve
  • diligent; industrious = ijverig
  • diligence = ijver
  • vocabulary = woordenschat
  • advanced = gevorderd