Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • accusation = beschuldiging
  • adjoining = aangrenzend
  • adverse = ongunstig, schadelijk
  • backing = (rugge)steun
  • devastation = verwoesting
  • dignity = waardigheid
  • dissatisfaction = ontevredenheid
  • to emphasise = benadrukken
  • heartened = opgevrolijkt, bemoedigd
  • impatience = ongeduld
  • injustice = onrecht
  • to negotiate = onderhandelen
  • obligation = verplichting
  • orator = redenaar
  • precarious = onzeker, onveilig
  • racial segregation = rassenscheiding
  • smooth = glad, soepel
  • stricken = getroffen, verslagen