Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • a cup of tea = een kop thee
  • a packet of crisps = een zakje chips
  • beef = rundvlees
  • bill = rekening
  • breakfast = ontbijt
  • cabbage = kool
  • cauliflower = bloemkool
  • cucumber = komkommer
  • dessert = nagerecht
  • dinner = avondeten
  • drinks = drankjes
  • French fries = Franse frietjes
  • fried eggs = gebakken eieren
  • garlic sauce = knoflooksaus
  • lettuce = sla
  • lunch = lunch
  • main course = hoofdgerecht
  • meal = maaltijd
  • meatball = gehaktbal
  • menu = menu
  • What would you like to have? = Wat wil je hebben?
  • I would like an orange juice, please. = Ik wil graag een sinaasappelsap.