Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Frans Nederlands
  • l’émission (v) = de uitzending
  • le champion, la championne = de kampioen, de kampioenne
  • l’avenir (m) = de toekomst
  • travailler dur = hard werken
  • le but, marquer un but = het doelpunt, een doelpunt maken
  • le début = het begin
  • la surprise = de verrassing
  • l’anneé (v) = het jaar
  • depuis = sinds
  • le joueur, la joueuse = de speler
  • tu crois ? = geloof je? denk je?
  • le rêve = de droom
  • étaient = waren
  • le tournoi = het toernooi
  • la nouvelle = het nieuwtje
  • le seul = de enige