Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • I live in quite a big house. = We wonen in een redelijk groot huis.
  • My house has twelve rooms. = Mijn huis heeft twaalf kamers.
  • We live in an old house. = Wij wonen in een oud huis.
  • In our kitchen there is a big round table and a cooker. = In onze keuken staat een grote ronde tafel en een fornuis.
  • There is a TV in our living room. = Er staat een TV in onze woonkamer.
  • We have recently renovated our home. = Wij hebben recent ons huis verbouwd.
  • Dad painted the staircase black. = Papa heeft de trap zwart geverfd.
  • There are two fireplaces in our house. = Er zijn twee open haarden in ons huis.
  • The kitchen is the heart of our house. = De keuken is het hart van ons huis.
  • The walls in our living room are green. = De muren in onze woonkamer zijn groen.
  • My home is full of old wooden furniture. = Mijn huis staat vol met oude houten meubels.
  • Do you like our leather sofa? = Vind je onze leren bank mooi?
  • The floor in my bedroom is blue. = De vloer in mijn slaapkamer is blauw.
  • The bathroom is downstairs and our bedrooms are upstairs. = De badkamer is beneden en de slaapkamers zijn boven.
  • I'm glad we have a dishwasher. = Ik ben blij dat we een afwasmachine hebben.
  • We wash the plates in the sink. = We wassen de borden in de gootsteen.
  • We have a backgarden and a front garden. = We hebben een achtertuin en een voortuin.