Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • an insomniac = een lijder aan slapeloosheid
  • A person who doesn't sleep is an insomniac.

    Iemand die niet slaapt is een lijder aan slapeloosheid.

  • sleep research = slaaponderzoek
  • After decades of sleep research we still don't know everything.

    Na tientallen jaren slaaponderzoek weten we nog steeds niet alles.

  • benefits = voordelen
  • What are the benefits of sleep?

    Wat zijn de voordelen van slaap?

  • to deteriorate = verslechtert
  • Without sleep brain and body functions start to deteriorate.

    Zonder slaap verslechtert het functioneren van de hersenen en het lichaam.

  • Pulling the all-nighter = Een nachtje doorhalen
  • Pulling the all-nighter is a very bad idea.

    Een nachtje doorhalen is een heel slecht idee.

  • disruptive = verstoort
  • Alcohol is disruptive to sleep.

    Alcohol verstoort de slaap.

  • depicts = verbeeldt
  • The painting depicts a sleeping woman.

    Het schilderij verbeeldt een slapende vrouw.

  • believed to encourage nightmares = waarvan men dacht dat die nachtmerries opwekte
  • She takes a position believed to encourage nightmares.

    Ze neemt een houding aan waarvan men dacht dat die nachtmerries opwekte.

  • contemporary and fashionable = hoort bij die tijd en is modieus
  • The interior is contemporary and fashionable.

    Het interieur hoort bij die tijd en is modieus.

  • parting = spleet
  • Emerging from a parting in the curtain is the head of a horse.

    Vanuit een spleet in de gordijnen duikt de kop van een paard op.

  • related to = houden verband met
  • Fuseli's experiences were related to folkloric beliefs.

    De ervaringen van Fuseli houden verband met folkloristische opvattingen.

  • hags = (lelijke) heksen
  • These dreams were about hags.

    Deze dromen gingen over (lelijke) heksen.

  • derived from = is afgeleid van
  • "The word \"nightmare\" is derived from mara."

    Het woord “nachtmerrie” is afgeleid van mara.

  • suffocate = verstikken
  • It refers to a spirit sent to torment or suffocate sleepers.

    Het verwijst naar een geest die gestuurd wordt om slapers te kwellen en te verstikken.

  • paralysis = verlamming
  • Sleepers may experience paralysis.

    Slapers kunnen verlamming ervaren.

  • dyspnea = ademnood
  • They may also experience dyspnea.

    Ze kunnen ook ademnood ervaren.

  • incorporates = combineert
  • The painting incorporates all these images.

    Het schilderij combineert al deze beelden.