Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • You are the love of my life. = Jij bent de liefde van mijn leven.
  • We've been around each other 24 / 7. = We zijn altijd samen.
  • We can read each other's minds. = We kunnen elkaars gedachten lezen.
  • We finish each other's sentences. = We maken elkaars zinnen af.
  • We've grown so much together. = We zijn samen veel gegroeid.
  • I'm happy to be near you. = Ik ben blij om dichtbij je te zijn.
  • I'm thankful for you every day. = Ik ben elke dag dankbaar voor jou.
  • You fascinate me. = Je fascineert me.
  • I love you so much. = Ik hou heel veel van je.
  • I have been thinking about you a lot. = Ik heb veel aan je gedacht.
  • We have known each other for a long time. = We kennen elkaar al lang.
  • It feels like we are the only two people in the universe. = Het voelt alsof wij de enige twee mensen in het universum zijn.
  • My heart skipped a beat. = Mijn hart maakte een sprongetje.
  • I have a crush on you. = Ik ben verliefd op je.
  • I need to know how you feel about me. = Ik moet weten wat je voor me voelt.
  • I hope you feel the same way. = Ik hoop dat jij hetzelfde voelt.
  • Would you go out on a date with me? = Wil je met mij op een date gaan?
  • I don't think you know how I feel about you. = Ik denk niet dat je weet wat ik voor je voel.