EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Engels
WaspReporter
Volume 11.3
WR 02 - Welcome to Divorcewood
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Engels
Nederlands
allegation
=
beschuldiging / aantijging
asset
=
aanwinst / pluspunt
(to) badmouth
=
kwaadspreken van
(to) blindside
=
overrompelen / onaangenaam verrassen
before long
=
binnenkort
(to) carve up
=
opdelen
chivalry
=
ridderlijkheid
custody
=
voogdij
draped
=
gedrapeerd / hangend
endorsement
=
reclame voor een product
(to) go viral
=
een hit worden op internet
gratifying
=
aangenaam / bevredigend
(to) inundate
=
overspoelen
hell-bent
=
vastbesloten
prank
=
grap
significant
=
aanzienlijk
slander
=
laster
(to) spew
=
braken / spuwen
spouse
=
echtgenoot of echtgenote
stint
=
periode
(to) sue
=
voor het gerecht dagen