Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • car park = parkeerplaats
  • centre = centrum
  • close by = dichtbij
  • customer services = klantenservice
  • easy = gemakkelijk
  • gift / present = cadeau
  • Spanish = Spaans
  • stairs = trap
  • cart = winkelwagentje
  • check out = afrekenen
  • deliver = leveren
  • footwear = schoenen
  • quantity = hoeveelheid
  • sleeve = mouw
  • underwear = ondergoed
  • washable = afwasbaar / wasbaar
  • amount = bedrag
  • card reader = kaartlezer
  • checkout = kassa
  • instructions = aanwijzingen
  • receipt = bonnetje
  • remove = verwijderen
  • shop assistant = verkoopmedewerker
  • slide = schuiven / doorhalen
  • delivery = aflevering / levering
  • order = bestelling
  • quick = snel
  • register / sign in = aanmelden
  • results = resultaten
  • system = systeem
  • type = soort
  • wish list = verlanglijstje
  • airmail = luchtpost
  • company = bedrijf
  • department = afdeling
  • gender = geslacht
  • in stock = op voorraad
  • once a week = een keer per week
  • payment = betaling
  • required field = verplicht veld