Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Engels Nederlands
  • golf course = golfbaan
  • volunteer to = aanbieden om
  • ever since = sindsdien
  • sell on = doorverkopen
  • snake = slang
  • alligator = krokodil
  • turtle = schildpad
  • shot = injectie
  • circumstances = omstandigheden
  • landing strip = landingsbaan
  • repairs = reparatie
  • turn around = omslaan
  • suit = passen bij
  • unknown = onbekend
  • similar to = vergelijkbaar met
  • limited = beperkt
  • restrict = beperken
  • energy conservation = energiebesparing
  • mainly = voornamelijk
  • insulation = isolatie
  • maintain = behouden
  • utilities = voorzieningen
  • worldwide = wereldwijd
  • contain = bevatten
  • split-level = met een verdieping
  • furnished = gemeublieerd
  • wooden = van hout
  • unlike = anders dan
  • creativity = creativiteit
  • spiral staircase = wenteltrap
  • suspension bridge = hangbrug
  • convert = veranderen
  • surrounding = omliggend
  • attached = verbonden
  • atmosphere = sfeer
  • blindfolded = geblinddoekt
  • randomly = willekeurig
  • memorise = uit het hoofd leren
  • genes = genen
  • process = vewerken
  • ability = vermogen
  • relatively = betrekkelijk
  • responsible = verantwoordelijk
  • determination = vastberadenheid
  • cope with = kampen met
  • stroke = beroerte
  • smoothly = gladjes
  • cast = een rol krijgen
  • sign = contracteren
  • bankrupt = failliet
  • clash = niet bij elkaar passen
  • genuine = oprecht
  • campervan = kampeerbusje
  • honeymoon = huwelijksreis
  • on the road = onderweg
  • extraordinary = bijzonder
  • raise = opvoeden
  • pack up = oppakken
  • move on = verdergaan
  • incredibly = ongelooflijk
  • shelter = schuilen
  • grow up = opgroeien
  • care = geven om
  • get on = kunnen opschieten
  • rafting = wildwatervaren
  • insist on = per se willen
  • company = gezelschap
  • turn out = zich ontwikkelen
  • sociable = op gezelschap gesteld
  • keep in touch = contact houden