EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Frans
ThiemeMeulenhoff
Carte Orange 2e editie
2 gth
2 gth - Unité 4 - appr 5
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Frans
Nederlands
ce soir
=
vanavond
le soir
=
de avond
vendre
=
verkopen
la perruque
=
de pruik
le drapeau
=
de vlag
s’amuser
=
zich amuseren
on se voit
=
we zien elkaar
attends!
=
wacht!
la chaise
=
de stoel
passer
=
aangeven, doorgeven / aangeven / doorgeven
je mets
=
ik zet, ik leg, ik doe / ik zet, ik leg / ik zet, ik doe / ik leg, ik doe / ik zet / ik leg / ik doe
il mène
=
hij leidt
ne ... plus
=
niet meer, geen meer
ne … plus
=
niet meer / geen meer
ne ... pas non plus
=
ook niet, ook geen
ne … pas non plus
=
ook niet / ook geen
un écran
=
een scherm
appeler
=
opbellen
la pénalité
=
de strafschop
tirer
=
schieten