EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Frans
ThiemeMeulenhoff
Libre Service
5 vwo
unité 4 - lire
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Frans
Nederlands
disparaître
=
verdwijnen
la promesse
=
de belofte
tant mieux
=
des te beter
occidental
=
westers
traduire
=
vertalen
la rigueur
=
de strengheid
le mode
=
de manier
comporter
=
bevatten, bestaan uit / bevatten / bestaan uit
les effectifs
=
de grootte
le débouché
=
de toekomstmogelijkheid
le cas
=
het geval
un atout
=
een troef
aussitôt
=
onmiddellijk, dadelijk / onmiddellijk / dadelijk
tarder
=
op zich laten wachten
annoncer
=
aankondigen
un erreur
=
een fout
la séance
=
de bijeenkomst, de zitting / de bijeenkomst / de zitting
au milieu de
=
in het midden van
miser sur
=
inzetten op
rêver
=
dromen
chargé
=
druk, vol / druk / vol
empêcher
=
verhinderen
assurer
=
verzekeren
apporter
=
opleveren
échouer
=
mislukken, niet slagen / mislukken / niet slagen
le porte-parole
=
de woordvoerder
un offre d'emploi
=
een personeelsadvertentie
hormis
=
behalve, uitgezonderd / behalve / uitgezonderd
se balader
=
wandelen
qualifier
=
betitelen, kwalificeren / betitelen / kwalificeren
la rémunération
=
de beloning / het loon / het loon, de beloning
décrocher
=
in de wacht slepen
postuler à
=
solliciteren op
indiquer
=
aanwijzen, aangeven / aanwijzen / aangeven
à durée déterminée
=
voor bepaalde tijd
une horaire
=
een tijdsschema, een werkrooster / een tijdsschema / een werkrooster
le fond
=
de bodem
immaculé
=
smetteloos
le concours
=
de wedstrijd
bénéficier de
=
profiteren van, voordeel trekken uit / profiteren van / voordeel trekken uit
la sensibilisation
=
de bewustmaking
inonder
=
overstromen
le corail
=
het koraal
alléchant
=
aanlokkelijk
effectuer
=
uitvoeren
la responsabilité
=
de verantwoordelijkheid
le gardien
=
de bewaker, de beschermer / de bewaker / de beschermer
en plein air
=
in de open lucht